Volgers

zondag 30 april 2017

Bedrijvigheid

Hier lig ik. Glaasje water, blote voeten en een boekje erbij.

Loom hang ik onderuit gezakt in het zonnetje op de bank in mijn tuin. De zon verwarmt mijn huid.
Vanachter mijn zonnebril geniet ik van alle bedrijvigheid om me heen. Pa en ma koolmees zijn druk doende om hun kroost van eten te voorzien. Ze vliegen af en aan. Af en toe scheren ze laagvliegend over me heen. Dan kwettert er een ander koolmeesje iets verderop en neemt een bad in de waterkuip. Ik hoor water klateren en spatten. Het lijkt alsof ze afgesproken hebben wie er wanneer mag badderen. Heggemus en merel nemen nu een bad. Ze lossen elkaar af. Een ekster komt drinken terwijl twee vlinders elkaar het hof maken in de lucht. Ze fladderen in rondjes om elkaar heen.
Al het groen doet zo mooi aan. Het maagdelijk en reine wit van het gebroken hartje steekt af tegen het frisse felle groen van jong blad. De sering komt in bloei. De blaadjes van de beukenhaag knappen open en laten zich zien.
Meneer merel doet zijn verhaal. Een vinkje komt met zijn luide roep en vliegt richting waterkuip. Ik hoor een houtduif en iets wat lijkt op het geluid van een krekel. Alhoewel ik dacht dat je krekels op zwoele zomerse avonden hoort.
Wat verderop klatert water uit de leeuwenkop in de andere waterkuip. Twee tortelduiven strijken neer voor een slokje water. Het vliegt hier af en aan.
Wat hou ik van het voorjaar.
 

zaterdag 29 april 2017

Achilles

‘Bianca, wakker worden’. Zachtjes wordt er tegen me gesproken. Pa en ma staan naast mijn bed. Plastic tas in de hand. Het is rond één uur ’s nachts. Ik lig in het ziekenhuis.

De avond ervoor vraagt mijn broer om mee te gaan sporten. Ja, leuk! Ik sport een paar keer per week. Ik doe aan spinning, bodypower, pilates en callanetics. Hij vraagt om richochet te spelen. Dat is een soort van squash, een racketsport. We zijn ruim een half uur aan het spelen. Dan pak ik het balletje op en wil weglopen. Het lijkt alsof er een kast op mijn linker hak valt. 'Hier staan geen kasten!? Staat de deur van de zaal open? Ben ik met mijn hak onder die deur gekomen?' Ik lig op de grond en kijk achter me. Niets. Helemaal niets. Dit is niet goed…

Twee en een half uur later lig ik op de operatietafel. De chirurg is opgetrommeld en onderweg naar het ziekenhuis. Mijn achillespees is afgescheurd.
Na de operatie word ik naar een kamer gereden om te slapen. Ik word wakker gemaakt door mijn ouders. In de plastic tas zit een nachtpon en wat onderbroeken van mijn moeder. Samen vertellen ze dat ze mijn hele huis afgezocht hebben. Nachtpon of pyjama hebben ze niet kunnen vinden. Evenals onderbroeken. Mijn vader zegt dat hij wel iets heeft kunnen vinden wat op een onderbroek leek. Maar volgens hem kun je daar de fietsbel amper mee poetsen.
Het is inmiddels acht jaar geleden. Zo nu en dan komt het verhaal weer naar boven. Pa en ma midden in de nacht op speurtocht in mijn huis. Het blijft grappig.
Ik besef me hoe fijn het is met zulke zorgzame ouders.
En het was best fijn om in mijn moeders nachtpon en onderbroek in het ziekenhuis te liggen.
 

vrijdag 28 april 2017

Benarde situatie

Daar hang ik... In een rotsspleet... In Kakadu Park in Australië.

Inmiddels is het al meer dan twintig jaar geleden, maar ik herinner me dat gevoel van toen nog precies.
Omdat het Dry Season is, kunnen we een stuk in een waterval omhoog klimmen. Super leuk om te doen en een geweldige ervaring. In Wet Season zou het hier onder water staan en dan is dit niet mogelijk.
Ik klim in de rotsspleet omhoog. Althans ik doe een poging. Een aantal groepsleden zijn me al voorgegaan. Het is een zware klim. Nu kom ik. Ik hang ergens halverwege de spleet. Wat is dit zwaar. Een aantal minuten kom ik niet voor- of achteruit. ‘Wat doe ik hier?’ De kracht is uit mijn armen en benen weggevloeid. Ik krijg instructies toegeroepen. Met mijn voeten zoek ik steun om mezelf omhoog te krijgen. Mijn handen zoeken een richel om me aan op te hijsen. Het lijkt alsof ik pudding in mijn armen en benen heb. Ik kan niet meer.

Ik voel een hand op mijn hand. Mijn hand wordt vast gepakt. Er wordt geprobeerd om mij omhoog te trekken. Na mij volgt er een erg leuk groepslid. Deze staat/hangt nu onder mij. Terwijl ik zwetend en puffend in een benarde situatie verkeer, besef ik me dat hij tegen mijn achterwerk aankijkt. Lekker dan. Not amusing. Dit is te erg! Van onderen laat ik mij duwen en van boven wordt er aan me getrokken. Dit verzin je niet. Er ontsnapt een zielig en benepen ‘I’m to heavy’ uit mijn mond. Ik ga mijn schaamte voorbij. Ik moet me focussen om hier uit te komen. Met schaafwonden aan armen en benen word ik uit mijn benarde positie geholpen.
Met een rood bezweet hoofd kijk ik opgelucht in het gezicht van mijn ‘mate’, die niet meer bijkomt van het lachen.

zaterdag 22 april 2017

Bennie

Je was tien jaar toen ik werd geboren. Mijn ome Bennie. Het jongste broertje van mijn vader.

Vroeger als we op vakantie waren of een dagje uit waren, begreep ik nooit waarom mensen je zo aankeken. Ik vond het raar dat ze je zo aanstaarden.
Je bent een klein beetje anders, dat heb ik vroeger nooit gezien. We speelden samen met lego. Dat doe je nog steeds. Je bent fan van zwarte lego stenen. Je hebt voor kapitalen aan zwarte lego stenen. Je hebt ze in allerlei vormen en maten. Je bouwt er de mooiste creaties mee.

Vandaag ga ik samen met pa naar je toe. Ik voel me een beetje schuldig. Ik heb je te lang niet gezien.
De bedoeling is dat we samen naar een muziekvoorstelling gaan. De voorstelling wordt door jullie gegeven. Je hebt geen zin om te gaan. Je bent eigenwijs. Je laat duidelijk blijken wat je wel en niet wilt. Je bent een ‘echte ter Voert’. Dat is duidelijk. Daarnaast ben je gevoelig en je hebt humor. Ik vind het plezierig om te zien welke grapjes je maakt. Ik vind je leuk.
Pa zegt dat je toch je jas aan moet trekken en even mee moet gaan. Het is hartstikke leuk. Je wilt je sloffen aanhouden. Prima, je schoenen hoef je niet aan te doen. We gaan op weg. Het is een paar minuutjes lopen. Halverwege ons pad, pak je mijn arm als steun. En we sloffen verder. Je loopt moeilijker. Je bent al een echt oud mannetje geworden. Je hebt het Syndroom van Down dus je verouderd wat sneller.
Muziek vult de ruimte. Van een afstandje bekijk ik je. Daar zit je met je kale bolletje. Je straalt. Je lacht met je hele gezicht. Je ogen worden door je lachende gezicht tot spleetjes gevormd. In je handen heb je een groot stuk zwart lego, die heb je altijd bij je. Je deint heen en weer op de maat van de muziek. Af en toe kijk je ons lachend aan en steek je je duim op. We lachen terug en onze duimen gaan omhoog. Dan komt een dame met accordeon naast je zitten. Ze begint te spelen. Je kunt je geluk niet op. Accordeonmuziek vind je geweldig. Met de lego in je hand beweeg je mee op de muziek. Je bent de gelukkigste mens op aarde. Zo ontroerend en mooi om te zien.
Pa en ik genieten mee.
Ik ben dankbaar dat jij mijn oom bent.  
 

Tijdelijke bewoners

Mijn moeder vertelt me dat twee van haar buurvrouwen tijdelijk medebewoners hebben.

Vragend kijk ik haar aan.
Het blijkt dat twee vogeltjes erg geïnteresseerd zijn in brievenbussen. Na grondige inspectie hebben ze besloten dat een brievenbus een veilige en goede plek is om eitjes te leggen en hun kroost groot te brengen. In beide brievenbussen is een nestje gebouwd.

Een van de buurvrouwen  vertelde dat ze al twee keer over ‘nestmateriaal’ uit de brievenbus had gehaald. Het vogeltje bleef volhouden. IJverig begon ze weer met het opbouwen van haar nestje. De buurvrouw besloot om het vogeltje haar gang te laten gaan.
Beide buurvrouwen hebben een briefje op de brievenbus gedaan voor de postbezorger.
Dit tovert toch een glimlach op je gezicht. Zo lief.

woensdag 19 april 2017

Glimmend

(Jaren geleden)

Uit flauwekul pak ik mijn bankpasje en druk deze tegen mijn voorhoofd. Het bankpasje blijft plakken. Mijn collega’s liggen in een deuk. De huid op mijn voorhoofd is vettig waardoor het bankpasje blijft zitten.
Een collega springt hierop in. Ze heeft ook een vettige en glimmende huid. Sinds kort heeft ze hiervoor een fijne crème van Lancôme. Haar huid is minder vet en glimt niet meer. Bij drogisterij Roelofsen is ze hierover geadviseerd. ‘Misschien is het ook wel wat voor jou’ zegt ze.
In mijn pauze loop ik naar drogisterij Roelofsen. Drogisterij Roelofsen was jaren geleden dé drogisterij in ’s-Heerenberg. Je werd er altijd goed en leuk geholpen.
Ik loop naar binnen. Mevrouw Roelofsen kijkt me vriendelijk aan en vraagt wat ze voor me kan doen. Ik doe haar mijn verhaal en zeg dat een collega hier een fijne crème van Lancôme heeft gekocht. Een crème voor een glimmende voorhuid. ‘Wat zeg ik nu?!?’ Ik corrigeer mezelf direct en roep wat harder ‘VOORHOOFD!’ Het kwaad is al geschied…
Mevrouw Roelofsen vertrekt werkelijk geen spier! Terwijl ik het liefst door de grond wil wegzakken met het schaamrood op mijn kaken. Ik krijg het warm. Verschrikkelijk! ‘Ze doet alsof ze het niet gehoord heeft. Of zou ze het echt niet gehoord hebben? Nee, dat kan niet! Dit moet ze gehoord hebben.’
Zo snel als ik kan, reken ik het tubetje crème af en maak dat ik wegkom.
 

maandag 17 april 2017

Hor(k)deur

Ik koop een hordeur voor mijn slaapkamerdeur. De oude is stuk en aan vervanging toe.

Ik wil een goede kwaliteit en daar betaal je ook voor, merk ik. Omdat de deur op maat gemaakt moet worden, vraag ik mijn vader om me te helpen.  
We pakken de doos uit. Geen handleiding. Dat is gek. We kijken nog eens tussen de vele onderdelen. Niets. Dan Google en YouTube maar raadplegen. Daar zal vast een instructiefilmpje of handleiding te vinden zijn voor een 'vaste' hordeur. Op één instructiefilmpje (van een rolhordeur) na, valt er niets te vinden.
Ik bel met de winkel waar ik mijn hordeur gekocht heb. Ze zijn verbaasd dat er geen handleiding in de doos zit. We eindigen het gesprek met de afspraak dat we naar hun toe komen met het hele pakket aan onderdelen. We laden de auto in en daar gaan pa en ik. Een alleraardigste en behulpzame jongeman legt ons uit hoe het werkt. Het is ons (eigenlijk meer mijn pa) duidelijk hoe we te werk moeten gaan. De vriendelijke jongeman informeert ons dat hij op internet ook geen nadere informatie heeft kunnen vinden. Mijn verbazing hierbij maak ik nogmaals kenbaar.
Thuis laden we de auto weer uit en beginnen aan de uitdaging. Ik bewonder de rust van mijn vader. Twintig jaar geleden zou de hordeur zomaar in kleine stukjes ergens op een niet nader te bepalen plaats kunnen belanden.

Het is toch wel een gepruts. De kwaliteit van de schroeven is om te huilen. Het gaat erg moeizaam om ze in het ijzeren frame te boren. Er zit al aardig wat tijd in het monteren van de hordeur. We besluiten om hem toch maar even weg te zetten.
Het verbaast me eigenlijk niets dat er geen handleiding in de doos zat.

Wat een hor(k)deur!
 

zondag 16 april 2017

Gekke tante

Mijn schoonzus stuurde me een poosje geleden een berichtje met de tekst:
‘Negen van de tien kinderen hebben hun streken en gekheid van hun tante’.


Gek trouwens dat ze mij dat berichtje stuurt. De andere tantes zullen dit berichtje vast en zeker ook gekregen hebben. Of toch niet?
Ik ben foto’s aan het kijken van een paar jaar geleden en ik glimlach. Ik denk aan bovenstaande tekst. Op de foto’s zie ik mijn beide nichtjes. De één hangend op mijn rug en de ander liggend op een tafel tussen mijn benen. Twee heerlijke meiden. En wat hebben we een hekel aan elkaar. ;)
Ze moeten nog steeds lachen als ze terugdenken aan een logeerpartijtje bij mij. Ik heb brood in de broodrooster gedaan. Doordat ik zo met hun aan het kletsen ben, vergeet ik de broodrooster. Niet geheel onbelangrijk is, dat mijn broodrooster het brood niet zelf omhoog gooit en stopt. Met als gevolg dat het brood zwart verbrand is. De brandmelder begint te piepen. Ik gooi de buitendeur open en sta als een gek met een theedoek te wapperen. Dan zie ik hun in een deuk liggen. Tranen rollen over hun wangen van het lachen om mijn capriolen.
Héél, héél soms zou ik ze achter het behang willen plakken. Aan de andere kant wil ik alles met ze delen en doen. Ik ben zo blij met deze twee meiden in mijn leventje. Ik wens ze zoveel toe. Dat ze nieuwsgierig mogen zijn, vol verrukking en gretigheid. Dat ze ontdekken waar ze goed in zijn. Dat ze de moed en het geluk zullen hebben die hun dromen laat uitkomen. Dat ze flink zijn en de kracht hebben om overeind te krabbelen als het leven even tegenzit. Dat elke weg die ze inslaan makkelijk begaanbaar mag zijn. Dat ze een leven zullen hebben met vreugde, tevredenheid, innerlijke rust en altijd liefde.
Ik hoop dat ze vrolijk en lekker zichzelf kunnen zijn en blijven. Want ze mogen zijn wie ze zijn. Dat ze niet te veel naar een ander kijken maar hun eigen ding doen. Dat ze datgene doen waar ze blij van worden met nu en dan wat streken en gekkigheid.  
Deze gekke tante hoopt dat we samen van nog heel veel mooie momenten mogen genieten.


 

woensdag 12 april 2017

Dat ene woord

Dat ene woord maakt zoveel verschil.

Opeens zeg ik iets anders dan dat ik wil. Doordat ik één woord in een zin anders zeg, lijkt het alsof de klant het verkeerde bedrijf aan de telefoon heeft. Ook zet ik mezelf daardoor in een andere hoedanigheid neer. Ik praat mezelf een ander beroep aan.
Dat ene woordje kan zorgen voor verwarrende situaties. Het gesprek krijgt gelijk een andere wending.
Het stomme is, het gaat vanzelf. Het floept uit je mond en het is gezegd. Gelukkig overkomt het me niet al te vaak. Anders zou ik me misschien nog zorgen moeten gaan maken.
Ik ben op mijn werk. De telefoon gaat. Ik neem op en stel me voor.
Het is even stil aan de andere kant van de lijn. Dan hoor ik gelach… Het dringt tot me door wat ik heb gezegd.

‘Goedemorgen, met de Rabobank. U ‘speelt’ met Bianca ter Voert.’
 

zaterdag 8 april 2017

De scheur

Het is zaterdagochtend. Ik ben onderweg om boodschappen te halen.

'Ga ik eerst naar de Lidl of eerst naar de Jumbo?' Ik besluit om eerst naar de Jumbo te gaan. Daar parkeer ik mijn auto. Daarna kan ik lopend naar de Lidl, dat is dichtbij.
Ik loop door de winkel en stop een en ander in mijn mandje. Ik heb zin in ontbijtkoek met echte boter. 'Welke ontbijtkoek neem ik?' Wijdbeens ga ik door mijn knieën om op mijn hurken te zitten. Ik geef het toe, niet charmant voor een dame. Maar ik heb een broek aan.
Dan ineens voelt het alsof mijn broek wijder lijkt te worden aan de binnenkant van mijn rechterbeen. En het voelt luchtiger. 'Nee he!? Heb ik een scheur in mijn broek?' Voorzichtig kijk ik naar beneden. Nog steeds zit ik wijdbeens op mijn hurken voor de ontbijtkoeken.
'Yep, ik heb een scheur in mijn broek!' Voorzichtig kom ik overeind. Gelukkig is de scheur niet zo heel groot, maar hij zit er wel. Ik pak mijn ‘o zo zeer gewilde’ ontbijtkoek en ga voorzichtig naar de kassa om af te rekenen. Buiten gekomen loop ik heel voorzichtig toch nog even naar de Lidl. Daarna beweeg ik me snel met kleine genuanceerde pasjes voort naar mijn auto. Snel naar huis.
Je zou kunnen zeggen dat ik twee scheuren in mijn broek heb.  ;)  

vrijdag 7 april 2017

De jurk

In de pauze loop ik de stad even in.

Mijn oog valt op een super schattig kanten jurkje. Ik loop de winkel binnen.
Bij het rek met de leuke jurkjes staat een mevrouw te kijken. Ze heeft een jurkje (lees hét jurkje) in haar hand. ‘Ze zijn leuk he?’ vraag ik. Ze begint honderduit te praten. Ze heeft er zojuist één gepast en ze zitten zo mooi. Ze twijfelde nog qua kleur maar gaat toch voor de witte. De zalmkleurige heeft net een ander modelletje en zit minder mooi. Alle nodige informatie krijg ik binnen een oogwenk gepresenteerd.
Met een jurkje onder mijn arm loop ik naar de paskamers om te passen. Net op het moment dat ik de rits dicht doe, hoor ik ‘Hoe zit de jurk?' Ik hoor de stem van de mevrouw die ik zojuist ontmoet heb. Ik kom de paskamer uit. Daar staat ze, in hetzelfde jurkje. Ze wilde nog even passen voor de maat.

Ik zie ons staan in onze witte kanten jurkjes. Bi in een witte jurk. Ik kijk naar mezelf en voel me een klein beetje een bruidje. Het jurkje zit perfect. Die gaat mee. Ik reken af en loop naar buiten. In mezelf moet ik lachen.
De jurk heb ik al, nu nog een man.

woensdag 5 april 2017

Sassenach

Een  poos geleden laat een vriendin me kennis maken met Netflix. Ze raadt me aan om de serie ‘Outlander’ te kijken. Het verhaal speelt zich af in Schotland. Al sinds ik me kan heugen heb ik iets met het Schotse en Ierse. Ik kan me helemaal voorstellen dat ik daar in een vorig leven heb rondgelopen. De taal, de kleding, de natuur, de mannen, alles trekt me. Bij het horen van Schotse en Ierse muziek krijg ik een weemoedig gevoel. Het lijkt haast heimwee. Dus ik denk wel dat deze serie me ligt.

Ik begin aan de serie en ben verkocht. Wat een serie! Als een blok val ik voor Jamie en Claire.

Alles komt aan de orde: Geweld, eer, verraad, wraak, minachting, macht,  hoop, wanhoop, het opbouwen en vernietigen van families en gemeenschappen, zwaarden, kruiden, paarden, gokken, reizen, durf, kracht, trouw, liefde, passie, geloof, puurheid, verlangen.

Het is lastig om te stoppen met kijken. Het werkt verslavend. Ik waan me werkelijk in een andere wereld. En soms ben ik zo uit het veld geslagen van wat er voor mijn ogen gebeurt. Het is haast niet te bevatten. En ik heb het eerste seizoen pas gekeken. Zoals ik hoor volgen er nog meer. Die moet ik zien, allemaal!
De serie speelt zich af in een rauwe gure harde wereld. Daar loop je als vrouw met je lange zware rokken door de koude vieze blubber te ploeteren. Overal modder en grijze slijkerige derrie. De kille snijdende wind ‘on the Moors’. De robuuste mannelijke mannen in hun kilts met blote benen trotseren de kou met hun markante koppen. En dan de ‘Gealic words’ ‘Mo nighean donn’ (Mijn bruinharig meisje) of ‘Sassenach’ (Engels persoon of buitenlander), hoe Claire liefkozend door Jamie wordt genoemd. De liefde van een man en vrouw zoals het bijna nooit voorkomt. Zo bijzonder, zo echt, zo puur, zo oprecht, zo intens, zo vol passie en verlangen. Maar ook zo pijnlijk en haast onmogelijk.

Zojuist krijg ik een berichtje dat seizoen twee klaar staat. Deze dame kan haar geluk niet op!
Laat mij maar even zitten op mijn roze wolk.

Een roze wolk met een grijze gure koude wereld met robuuste mannen en onvoorwaardelijke liefde en ‘Gealic words’.  













 Afbeelding Bron: Pinterest


maandag 3 april 2017

Waarom?

Geweld, haat, afgunst, machtsmisbruik, dierenleed, kinderleed…

Steeds vaker komen er nare afzichtelijke en gruwelijke berichten voorbij. Met absolute onbegrip neem ik hier kennis van. Afschuwelijk vind ik het. Ik word er verdrietig van. Ik vind het misselijkmakend. Waarom?
Wie denk je dat je bent om zo te handelen? Laat ik het anders zeggen. Hoe kun je zo handelen? Ben je zo harteloos? Heb je dan absoluut geen gevoel in je lijf? Ben je zo afgestompt en gevoelloos? Wat is er met je aan de hand om je zo te gedragen? Ik vind het verbazingwekkend, walgelijk en ziek.
Waar komen die rare kronkels en hersenspinsels vandaan? Waarom wil iemand zijn wil en gedachten een ander opleggen? Waarom wil en kun je een ander of een dier opzettelijk kwetsen, pijn doen en verdriet doen?
Ik ben opgevoed met respect voor andere mensen en dieren. Alles wat leeft heeft liefde en vertrouwen nodig. Je wilt een ander helpen en niet opzettelijk pijn of verdriet doen. Diegene die klein en hulpeloos zijn wil je beschermen. Voor dieren wil je goed zorgen. Je hebt waardering voor elkaar. Je bent niets meer of minder dan een ander. We zijn allemaal gelijk. Ik zeg geen gekke dingen volgens mij.
We zijn niet goed bezig. Als mensheid hebben we nog zoveel te leren.

Er is al zoveel ellende in de wereld. Laten we elkaar helpen in plaats van er zo’n zooitje van te maken.
 

zondag 2 april 2017

De tweede helft

‘Te Lijf’ heet het boek dat ik als verjaardagscadeau krijg van een vriendin.

Ik ben een meisje in mijn veertiger jaren. Dit boek krijg ik om me voor te bereiden op de tweede helft van mijn leven. Het boek gaat over de overgang. Al snel lees ik dat het geen kattenpis is. Opvliegers, sombere buien, felle emoties, een haperend lijf. Er staat me nog heel wat te wachten. Net alsof er een houdbaarheidsdatum aan me zit. Ik lees ‘Je voelt je niet oud, maar je gezicht toont het wel’. Lekker dan! Het is duidelijk. Ik ben begonnen aan de tweede helft.


Het is een grappig en informatief boek. Ik lees dat je de voorkeur krijgt om zoet-zoutcombinaties te eten door serotinetekort (ontstaat door gebrek aan oestrogeen) te compenseren. Dus een hele logische verklaring waarom ik de Tony Chocolonely karamel-zeezout variant zo lekker vind.
In het boek staat ook geschreven over de wereld waarin we leven. Een wereld waarin veel mensen druk zijn om te voldoen aan het heersende schoonheidsbeeld. Cosmetische ingrepen worden steeds normaler. Zorgelijke onrealistische schoonheidsidealen. Het lijkt alsof we niet meer oud mogen worden. ‘Echt’ is in mijn ogen zoveel leuker dan perfect.  

Er wordt gesproken over dat we elkaar meer het succes de liefde en het geluk moeten wensen. En ook meer moeten genieten van dat een ander gelukkig is en straalt. Daar kan ik me helemaal in vinden. Hoe leuk is het dat je blij kunt zijn voor een ander? Ook sluit ik me aan bij de woorden dat je het leven niet kunt veranderen maar wel hoe je er mee omgaat.
Als vijfenveertigplus-vrouw sta ik bewuster in het leven, ik ken mezelf beter, het leven heeft me lessen geleerd. Ik ben in de fase beland dat ik afscheid neem van mijn jeugd. Van binnen voel ik me nog steeds dat genietende, ondernemende en vrolijke meisje.

Ik ga beginnen aan een mooie tweede helft. Ik ben er helemaal klaar voor.
Dank je wel voor het boek lieve vriendin.