Volgers

zondag 29 oktober 2017

Adoptie

Mijn collega vertelt me dat ze de dag ervoor in gesprek was met een andere collega. Ze onthult dat ze gezegd heeft dat ze wel een dochter van me zou willen zijn. Ik kijk haar bewonderenswaardig aan. ‘Maar dan zou je wel een tienermoeder geweest zijn’ lacht ze. Zij is eenendertig. Ik ben zesenveertig. Dan zou ik met vijftien al moeder geworden zijn. ‘Zo vroeg was ik er niet bij’ verklap ik haar. We giechelen wat.

Ik vind het allerliefst klinken dat ze een dochter van mij zou willen zijn. Grappig om te horen hoe ze naar me kijkt. Zijzelf heeft drie dochters in de leeftijd van twee, vier en zes jaar. Dan zou ik nu ook al oma geweest zijn. We laten onze verbeelding de vrije loop en fantaseren verder. ‘Misschien kan ik je adopteren’ zeg ik. ‘Ja, dat zou leuk zijn’ zegt ze.

Een tweede collega voegt zich in het gesprek. Hij geeft aan dat hij ook wel door mij geadopteerd zou willen worden. Ook zou hij mijn andere collega wel als zus willen hebben. Hij is veertig en heeft twee kinderen. Een jongen en een meisje. Hij zoekt op of je een meerderjarig persoon kunt adopteren. Dit is mogelijk onder bepaalde voorwaarden. Dat is dan geregeld! Wauw, dan zou ik vijf kleinkinderen hebben. Daarnaast heb ik twee nichtjes. ‘Wat zou ik dan veel knuffels krijgen’ fantaseer ik verder. Hoe fijn!

Grappig om te zien hoe een gesprek kan lopen. We eindigen het gesprek met hoe groot het effect van een knuffel is. Een knuffel is zo makkelijk om te geven en zo groots in uitwerking. We krijgen en geven ze veel te weinig.

Een knuffel zegt meer dan duizend woorden.


zaterdag 28 oktober 2017

Oktoberfest

Met gevaar voor eigen leven daal ik, in het donker, de ongelijke traptreden af. Ik ben op weg naar het Oktoberfest in Zeddam. Ik waan me in Oostenrijk nadat ik met mijn fiets een fikse bult heb beklommen en nu aan een afdaling ben begonnen van misschien wel honderd traptreden. Ik denk er nog maar even niet over na hoe ik hier vannacht omhoog klauter.

Met een grote pul bier in mijn hand sta ik even later genietend om me heen te kijken. De sfeer zit er gelijk goed in. Het is zo leuk om iedereen verkleed te zien.

Mijn broer staat naast me in zijn Lederhose. De geur van het nieuwe leer dringt mijn neus binnen. Met een geintje zeg ik dat ik hem aan het eind van de avond, met mijn ogen dicht, aan zijn geur zal herkennen. We kijken lachend om ons heen. Dat zal erg lastig worden met al die Lederhosen-geuren.

Trouwens, ik heb een erg grote bewondering voor die Mädel die met wel tien bierpullen tegelijk rondlopen. Nadat ik een paar uurtjes liefkozend met een grote bierpul in mijn hand heb gestaan, voel ik mijn armen echt wel. 

Nu ik deze blog aan het schrijven ben, kom ik er achter dat ik gisteren een grote fout heb gemaakt. Zo jammer dit. Ik heb de strik van mijn Dirndl jurk aan de rechterkant dichtgeknoopt.

Wist je dat de knoop van de schort van de Dirndl je traditioneel gezien vertelt of een vrouw bezet, vrijgezel, weduwe of zelfs nog maagd is? Knoopt een dame haar schort aan de linkerkant dicht (voor de kijkers rechts), dan is zij vrijgezel. Knoopt zij haar schort aan de rechterkant dicht (voor de kijkers links), dan betekent het dat deze dame bezet is. Knoopt zij haar schort achter vast, dan is ze weduwe en knoopt een dame haar schort voor vast, dan is zij zelfs nog maagd.

Weer een kans laten liggen. Op naar volgend jaar!

Dann bin Ich wieder dabei! 


zaterdag 21 oktober 2017

UitDRUKking

De tranen biggelen over mijn wangen. Ik probeer te stoppen. Even is het stil. Dan begin ik weer. Ik lig dubbel van het lachen.

Samen met mijn moeder zit ik in de auto. We zijn op weg naar huis. We hebben de slappe lach. We proesten het uit.

Eerder deze avond hebben we met een zestal dames gegeten bij 't Zusje in Doetinchem. We zitten gezellig aan een ronde tafel en keuvelen de hele avond over van alles en nog wat. Ondertussen smikkelen we van de lekkere gerechtjes.

Het onderwerp van gesprek komt op een bepaalde uitdrukking. Ik blijf het fascinerend vinden dat je op zoveel verschillende manieren iets kunt zeggen. Het is zo grappig hoe het uit haar mond komt. Nooit eerder had ik het gehoord. Ik hoor haar stem en zie haar gezicht terwijl ze zegt 'Hi-j druk mien tegen ut katoen.'

Aangezien ik erg visueel ben ingesteld, zie ik het complete plaatje voor me. Ik proest het uit van het lachen.

In de auto praten mijn moeder en ik na over de leuke avond. Op het moment dat we het onderwerp van het katoen aansnijden, schieten we weer in de lach. Mijn moeder pakt haar zakdoek uit haar tasje. Ze veegt haar tranen weg. Proestend van het lachen rijd ik verder.

Ik moet me enigszins op de weg concentreren. En niet teveel denken aan die stralend witte katoenen onderbroek. Het woord 'katoen' zal de rest van mijn leven een leuke en grappige herinnering meedragen.

Ik kijk terug op een erg gezellige en leuke avond. Dank je wel dames.


donderdag 19 oktober 2017

Bargs Neutje

Ken je dat? Dat je ineens gigantisch last krijgt van je buik?

Het zal zo'n drie jaar geleden zijn. Ik ben aan het werk. Opeens krijg ik last van mijn buik. Dit is niet fijn.

Een collega kijkt me aan en vraagt of het wel goed gaat. Ze kan aan me zien dat er iets aan de hand is. Ik vertel wat mij mankeert. Ze vraagt of ik naar huis wil. 'Nee, dat is niet nodig. Ik weet wel iets. Om er snel vanaf te zijn heb ik een wondermiddeltje nodig' vertel ik haar. Ze kijkt me met vragende ogen aan. 'Wat dan?' vraagt ze. 'Een flesje Underberg.' zeg ik. 'Ik weet zeker dat het dan weggaat.' 'Dan loop je toch even naar de overkant' zegt ze. Aan de overkant is onze plaatselijke slijterij. We giechelen erover. 'Drinken onder werktijd?'

Ik heb twee opties. Of naar huis of er iets aan doen. Dus loop ik even later het marktplein over naar de slijterij. Mevrouw vraagt wat ze voor me kan doen. Ze kent me en weet dat ik aan de overkant werk. 'Graag een flesje Underberg' zeg ik. ‘Och deern’, zegt ze, ‘Hej last van de buuk? Loop moar ff met.’ Dat ze gelijk in de gaten heeft wat er aan de hand is. Geweldig! Ik loop met haar naar achteren. Ze schenkt me een klein Bargs Neutje in. Dankbaar drink ik het op. Ik voel het Bargs Neutje via mijn keel naar beneden lopen. Dan zegt ze ‘Loop moar ff noar de andere kant en vroag um een pèpermuntje.’ Hoe lief… Ik bedank haar.

Lichtelijk zwetend, zit ik een kwartiertje later op mijn werkplek. Het Bargs Neutje doet zijn werk en ik kan mijn werk hervatten. 

Ik zorg ervoor dat ik altijd een fles Bargs Neutje in huis heb. 


zondag 15 oktober 2017

Buitenbaarmoederlijk

‘Ja, ik zie het al. Gefeliciteerd! Je hebt een buitenbaarmoederlijke zwangerschap.’

Verwonderd kijk ik naar mijn tandarts. Hij bestudeert mijn röntgenfoto.
Mijn tandarts vond, een paar jaar geleden, dat het tijd geworden was om een röntgenfoto te maken van mijn gebit. Hij vertelt me met een glimlach dat hij iets in mijn onderkaak ziet. Het lijken kleine tandjes te zijn.

Mijn gedachten schieten gelijk naar een programma wat ik ooit heb gezien. ‘Zou ik restanten van mijn broertje of zusje in mijn kaak hebben?’ In het begin van een vroege zwangerschap, bij eeneiige tweelingen, kan het voorkomen dat de ene foetus omsloten wordt door de andere foetus. De ingekapselde foetus wordt meestal in de buik aangetroffen van de normaal ontwikkelde persoon. Soms wordt de foetus op een andere plaats aangetroffen zoals in de schedel. ‘Dan ben ik wellicht de gelukkige.'

Mijn tandarts adviseert me om een afspraak bij de kaakchirurg te maken. Een paar weken later lig ik bij de kaakchirurg in de stoel om mijn 'mogelijke tweelingbroertje of –zusje' te laten verwijderen. Tijdens het opereren vraagt de kaakchirurg of ik in het verleden medicatie heb gebruikt voor acne. Ik gluur tussen het spleetje van het groene operatiedoek door. Ik bevestig hem (zo goed en kwaad dit kan met zijn handen in mijn mond) dat dit inderdaad zo is. In mijn pubertijd zaten mijn voorhoofd en kin vol met pukkels en puisten. 

Nieuwsgierig als ik ben, vraag ik hem hoe hij dat kan zien. Hij legt uit dat medicatie tegen acne een bijwerking heeft waarbij de schedel kleurt. ‘Je hebt een groene schedel’ zegt hij. 

Een gek idee om met een groene schedel door het leven te gaan en niemand die het ziet. 



zaterdag 14 oktober 2017

Dr. Pol

Samen met mijn vader zit ik bij een theatershow van Dr. Pol.
Uitgebreid en met humor vertelt Dr. Pol over zijn leven en werk op het platteland van Michigan.

‘The incredible Dr. Pol’ is een reality-televisieserie die in zesentwintig landen, waaronder Nederland, wordt uitgezonden op National Geographic Channel. De drieënzeventig jarige dierenarts is geboren in Drenthe. Tijdens zijn studietijd deed hij mee aan een uitwisselingsproject en reisde hij af naar de Verenigde Staten om daar te studeren. Inmiddels heeft hij een veertigjarige carrière als dierenarts. Hij heeft naam gemaakt als een realistische en eerlijke dierenarts, die altijd streeft naar het beste resultaat voor zijn patiënten. Zijn patiënten zijn er in allerlei variaties. Van cavia, slang, kat en hond tot lama, paard en boze stier. 

Hij is er van overtuigd dat het goed is voor kinderen om een huisdier te hebben. Als kind leer je verantwoordelijkheid. Je leert om te zorgen voor. Je leert omgaan met. De kans op allergieën wordt lager als je met dieren opgroeit. Het is goed voor je afweersysteem. Daarnaast, zegt hij met een lach, is het toch beter voor een kind om met een dier om te gaan dan met een mobiele telefoon of tablet bezig te zijn.

Hij legt uit dat het erg belangrijk is, dat je een dier altijd in de ogen kijkt zodat je weet wat het dier gaat doen. Dit klinkt me bekend in de oren. Dat zou mijn vader ook zeggen.

Dr. Pol laat ons een filmpje zien. Het is een filmpje waarin hij afscheid neemt van zijn trouwe viervoeter. In het filmpje zie ik een aangeslagen Dr. Pol met tranen in zijn ogen. Mijn ogen worden vochtig bij het zien van de beelden. Ik zie Dr. Pol op zijn knieën bij zijn trouwe kameraad. Hoofd tegen hoofd. Zijn kameraadje is oud en heeft pijn. Met een trilling in zijn stem hoor ik Dr. Pol zeggen dat het inmiddels twee jaar geleden is en dat het hem nog steeds zeer doet. Hij vertelt dat je altijd het beste moet doen voor een dier. Dat je lijden moet besparen. Het is alsof ik mijn vader hoor praten.

Hoe zwaar en verdrietig het ook is, je moet doen wat goed is voor het dier. Waarom zou je een dier laten lijden? Omdat jij geen afscheid kunt nemen? Afscheid nemen blijft zwaar.

Houden van is ook loslaten. 


donderdag 5 oktober 2017

Herfst in je hoofd

In de informatie staat toch echt dat ze van half acht in de ochtend tot half zes bereikbaar zijn. Het is kwart over negen in de ochtend. Ik bel een aantal maal waarbij de verbinding, na een paar keer overgaan, wordt verbroken.

Misschien dat er een calamiteit op betreffend bedrijf is. Misschien is er iemand jarig of heeft iemand een jubileum en wordt deze persoon toegesproken op het moment dat ik bel.  
Na vier belpogingen wordt er opgenomen. Mevrouw stelt zich voor. Ze klinkt wat warrig. Wat afwezig. Misschien is haar gemoedstoestand net als het weer buiten. Stormachtig en turbulent.

Ik stel me voor.
‘Wat is uw naam?’
‘Bianca ter Voert.’
‘Hoe is uw achternaam?’
‘ter Voert.’
Ik spel mijn naam voor de zekerheid maar vast.
‘Tinus Eduard Richard… Victor Otto Eduard Richard Tinus’.

Het is even stil...
‘Kunt u het nog een keer spellen?’
‘Ja hoor… Tinus Eduard Richard… Victor Otto Eduard Richard Tinus ‘ter’ is een voorvoegsel.’
‘Dank u wel.’
‘Uw voornaam is Fatma?’
‘Nee, mijn voornaam is Bianca.’ 
Fatma? Ik zet mijn mobiel van de speaker af. Wellicht zorgt dit door omgevingsgeluiden voor de verwarring. Of ik moet toch beter articuleren.
Het is weer even stil... 
‘Hoe zegt u?’
‘Bianca.’
‘Dank u wel.’

Ze beloofd me de gevraagde informatie gelijk per mail toe te sturen. Ik bedank haar hiervoor. Ik wil het namelijk gelijk afwikkelen. Het is een aantal minuten later… Het is een half uurtje later… Ik zit netjes achter mijn laptop te wachten op de mail. Helaas…. Ik denk dat ik maar uitlog en straks mijn mail check. Ik schuif het af op het woeste herfstachtige weer. Misschien is mijn notitie van haar bureau gewaaid.

Met mijn gezicht duik ik weg in mijn warme sjaal. Ik besluit om een rondje te lopen. Heerlijk met mijn hoofd in het onstuimige herfstweer. Even andere gedachten. 

Zou voor die mevrouw ook fijn zijn...

zondag 1 oktober 2017

Huidskleur

'Welke kleur wilt u? Vleeskleur?’

Ik sta in een pashokje. De verkoopster vraagt welke kleur van bh en onderbroek ik wil. Ik krijg de rillingen van het woord 'vleeskleur'.

Er bestaan soms meerdere woorden om hetzelfde te zeggen. Neem nou het woord 'huidskleur'. Huidskleur klinkt toch zoveel vriendelijker en smaakvoller dan vleeskleur.

Nu ik er over nadenk, is huidskleur eigenlijk een nietszeggend woord. We hebben allemaal een andere kleur huid. De een is wat bleker, bruiner, geler of meer roze dan de ander. Als ik de betekenis opzoek van het woord 'huidskleur' vind ik het volgende. 'Met huidskleur wordt doorgaans op de kleur van de menselijke huid gedoeld. De huidskleur van de mens kan variëren van bijna zwart tot vrijwel kleurloos. In het algemeen hebben mensen met voorouders uit zonnige landstreken een donkerdere huid dan mensen met voorouders uit landstreken met minder zon. Door de menging van mensen met een uiteenlopende huidskleur, kan op allerlei plaatsen in de wereld een grote variatie aan huidskleuren worden aangetroffen.' Dus mag ik concluderen dat er een grote variatie aan huidkleurig ondergoed is?

Als ik het woord 'vleeskleur' opzoek, zie ik het woord 'Inkarnaat'. 'Inkarnaat oftewel vleeskleurig, hoogrood, rozerood.' Als voorbeeld wordt gegeven ‘Met gloeiend inkarnate wangen’ of ‘Het inkarnaat der lippen.’ De kleur van de huid is in mijn ogen heel anders dan van rauw vlees.

Ik blijf het een onsmakelijk woord vinden. Ik weet dat het tussen mijn oren zit. Maar ik denk dat ik toch prettiger rondloop in een huidkleurige onderbroek dan in een vleeskleurige. Het wekt toch een bepaald gevoel bij me op.

En wat denk je? Ik kies voor een lila kleurig setje.